versvorm » versvormen » poëtische vorm » vorm (–aspecten) van verzen
Artikelen
  • 1956-12-08gedichten
  • 1961-01-12Marsman II
  • 1966-07-09Drie bundels gedichten
  • 1968-05-18Dichters stonden voor onmogelijke taak. Psalmen opnieuw berijmd
  • 1972-12-02J.C. van Schagen verzameld
  • 1973-02-16Hanlo's proza
  • 1975-03-21Begin en eind [*]
  • 1977-09-16Honderdachttien
  • 1978-02-13Eenzame man in rijmen en reizen
  • 1981-04-24Ezel
  • 1984-02-20zand uit de ogen schrijven, Het
  • 1985-02-22andere kunst, Een
  • 2000-12-01Van donker woud naar eeuwig licht Dante's Divina Commedia als Nederlandse piëzie
  • 2008-03-17bevrijdende troost van het ochtendlicht, De – [Kopje in de tekst:] Troost u, wordt het volk toegeroepen
  • Zie ook
  • alexandrijn
  • betekenis / inhoud [: kunstenaar geeft inhoud (stof) betekenis]
  • chute » val » volta (van sonnet)
  • conventie, literaire c.q. taal– » genre–conventie(s) » tekstintentie ivm gen
  • creativiteit » scheppen » scheppingsvermogen » –kracht » –drift
  • creativiteit: het vermogen tot vorm geven
  • distichon » disticha » tweeregelig vers
  • dizijn » dizain » tienregelig vers
  • enjambement
  • fabel als versvorm
  • Fens geen groot bewonderaar van assonantie als bindmiddel in poëzie
  • gebonden vorm » geloof in de gebonden vorm
  • geen versvorm van elf regels
  • genre poëzie
  • genre » genres » genreverschil (–len) » soorten literatuur
  • genres herordend » geen vaststaande genre–indeling
  • genres vermengd » toon– en stijlvermenging » genreconventies doorbreken
  • inzet van gedicht, sterke c.q. directe of abrupte –
  • keervers » refrein » keerregel
  • kettingtekst » OOK: kettingrijm
  • kort gedicht » klein gedicht » kleine verzen
  • kunstmatigheid van kunst » werkelijkheid zichtbaar maken eist stilering: vorm
  • leesmotivatie » leeshouding » –instelling » leesmotief
  • lezen binnen de (betekenisgevende) vorm
  • limerick
  • literair procédé cq manier (–tje) » literaire procedure cq truc » st
  • literaire middelen (, mogelijkheden van – ) » vormtechniek » taalmiddelen
  • literatuurtheoretische nomenclatuur » literatuurwetenschappelijke begrippen
  • lyriek » lyrisch (SOMS OOK: lyrisch proza » lyrische roman » – passage)
  • ode (–n) » canzone
  • olleke bolleke
  • parallellisme(n) » parallelliteit (–en) » parallel(len)
  • poëzie / proza
  • proëzie (term van Schierbeek)
  • retrograde
  • rijm: ook betekenissamenhang » rijm(–dwang) schept soms betekenis of vrijheid
  • rijmdwang (: toevallige klankgelijkheid bij geforceerde betekenissamenhang)
  • rijmsoort (–en)
  • rondeel » rondelen
  • saudade
  • scheppingsproces » creatief proces » vormkracht
  • sonnet
  • stijlmiddel » stilistische middelen » stijlmiddelen » stijlfiguur
  • strofe–indeling » –vorm » strofische bouw » kwaliteitsverschil tussen
  • structuuranalyse » structuuronderzoek » vormanalyse
  • symmetrie
  • taal die in de woorden te veel betekenis oproept » teveel associaties mogelijk
  • terzine
  • thema » thematische behandeling » thematische samenhang c.q. verwantschap
  • traditie, lege – : als norm
  • traditionele taal » conventioneel taalgebruik » ouderwetse cq. verouderde taal
  • traditionele verstechnische middelen
  • verouderde » verouderende» gedateerde literaire teksten (c.q. poëzie of kunst)
  • verouderen van tekst(en) » veroudering van stijlmiddelen c.q. presentatie
  • verstechniek » poëtische middelen » versbouw » ambachtelijkheid als dichter
  • vertaling in jamben» hexameters» poëzie (EVT. OOK: gebonden en»of berijmde &n
  • vorm » vormkracht » vormgeving » OOK: design EN: vormloosheid c.q. vormeloos
  • vrij vers » vrije verzen » vrijheid van vorm
  • wijsaanduiding » op de wijze van... » te zingen op melodie van...