individueel (herkenbaar–)\ uniek» eigen verwerking» onverwisselbaar» bijzond
Artikelen
  • 1961-02-25Literatuur de enige vorm van leven. Du Perrons verzameld werk voltooid. "Heer, hoe onvertroost zou ik zijn, wanneer mijn hateren mij gingen toejuichen"
  • 1962-02-20Cohen I
  • 1969-03-08"Nagelaten werk". Gekleurde droevigheid in de verzen van Hans Lodeizen
  • 1986-02-07uitzondering, De
  • 1991-06-07Machteloos Plezier
  • 1996-04-26Vergrijzing Naar Leven En Naar Dood
  • 1996-07-27Gloeiend rood
  • 1998-03-16Dandyisme als literatuurwetenschap
  • 2006-12-14Wat echt groot is, laat zich niet vergelijken. [Tussenkopje in de tekst:] Misschien moeten Pamuk en Mulisch nog even geduld hebben
  • Zie ook
  • algemeen / bijzonder [OF: wezenlijk vs bijkomstig» toevallig» uitzonderlijk]
  • algemeen / uniek (conventioneel / uniek)
  • algemeen vs individueel» persoonlijk» toevallig» incidenteel» uitzonderlijk
  • algemeen » algemeenheid » nietszeggende algemeenheid
  • eigen stem » persoonlijke stijl » individualiteit in stijl c.q. verwerking
  • epigoon / navolger (epigonen versus navolgers)
  • epigoon » navolger » epigonisme
  • gebrek aan vitaliteit» kwaliteit» diepgang» intensiteit» uniekheid» gr
  • idee (persoonlijk, niet te delen door anderen) / mening (gemeengoed)
  • identiteitscrisis » zelfverlies » gespletenheid » (SOMS OOK: zelfvernietiging)
  • individualisme / collectiviteit (massa) OOK: individuele/ collect. benadering
  • individualist (–isme)\ (elitair» autoritair) eenling» solist» OOK als lit.mo
  • literaire traditie – continuïteit – context – herkenning – situering
  • niet in de mode» onmodieus» unzeitgemäsz» tegen de mode» eigenwijs cq &
  • nivellering v.h. eigene of persoonlijke bij literair–historische benadering
  • onmacht van de kritiek» tekortschieten cq onbevoegdheid v. (literaire) kritiek
  • onpersoonlijk woordgebruik » afstandelijk–onpersoonlijke taal cq. beschrijving
  • onvervangbare erudiete eenling met persoonlijke (schrijf– OF spreek–) stijl
  • originaliteit » oorspronkelijkheid » eigenheid » persoonlijkheid » herkenbaa
  • persoonlijk / algemeen (: provinciaal werd universeel; persoonlijk algemeen)
  • persoonlijk / conventioneel (persoonlijk / onpersoonlijk c.q. traditioneel)
  • persoonlijke associaties bij (het lezen van) poëzie » eigen betekenisgeving
  • specialisme geeft schijnleven » specialisatie»specialisme wordt eigen retoriek
  • te veel » overvol » ontmoedigende cq verlammende overvloed
  • theoretisch (= algemeen) / individueel (= eigen)
  • totaliteit (willen) uitdrukken » "alles zeggen van allen" of van alles
  • uniek » onherhaalbaar » onvervangbaar » onnavolgbaar » nooit hetzelfde w&eac
  • zelfonderzoek (: eigen innerlijk)\ –confrontatie» –ontmaskering» –ontd