| *[6631]*
Met portretfoto van E. du Perron. – Op dezelfde pagina 12 van dit zaterdagnummer nog drie andere bijdragen van de hand van Fens, waar de Boekenweek 1961 niet vreemd aan is geweest.
In dit informatiedichte essay komen o.m. aan de orde: Antonie Donker's (volgens Fens niet zo terechte) aanval in "De Nieuwe Stem" van januari 1961 op H.A. Gomperts' "De schok der herkenning" (ter verdediging van Dirk Coster); Van Duinkerken's "Verscheurde Christenheid"; Ter Braak's "Van oude en nieuwe christenen"; Bruning's "Verworpen Christendom"; Du Perron's "Uren met Dirk Coster" en "Multatuli en de luizen"; brieven van Du Perron, o.m. aan Greshoff (een lange passage hier aangehaald; de brief wordt geciteerd in "E. du Perron" van Ada Deprez); Du Perron's "De muze van Jan Compagnie" en zijn inleiding daarvoor; zijn "Cahiers van een lezer" uit 1928–29; de biografie van Du Perron door G.H. 's–Gravesande (1947); Gomperts' essay 'E. du Perron' (1948) uit zijn "Jagen om te leven" (Fens signaleert de recente herdruk in de Stoa–reeks); "Herinneringen aan Du Perron" van Jan van Nijlen (1955). Verder signaleert Fens de "zeer uitvoerige bibliografie", samengesteld door F.E.A. Batten, waarvan hij ook de exactheid "uniek in Holland" noemt. |