essayistische fictie (probleemroman of –verhaal) / verbeeld OF:te essayistisch
Artikelen
  • 1959-01-24pierre h. dubois "pleidooi voor de dood"
  • 1962-05-05Scenario en volkstoneel. Romans van Alfred Kossmann en Jan Spierdijk. De schrijver en de psychologie
  • 1962-08-25Frase, grimas, mombakkes. "Ferdydurke" van Witold Gombrowicz. Een Poolse schrijver op zijn dertigste jaar
  • 1964-03-07geschiedenis in een luchtspiegeling, De – . "Bericht uit het hiernamaals" van Simon Vestdijk. Roman waarin elk woord te veel is
  • 1967-08-19Vormen van vernietiging. Harry Mulisch' "Wenken voor de jongste dag"
  • 1974-09-14keukenroman, zó ouderwets dat het een goede parodie is, Een
  • 1975-09-12Honderd en Vijftig
  • 1976-06-05Pipi Langkous in Haarlem en een markiezin in Den Haag, Een
  • 1991-11-18Waar de dagen trager waren
  • 2000-12-15Personages die zich begrepen weten. Hella Haasse, een humanistische essayist bij uitstek
    • Zie ook
  • abstract / concreet c.q.: abstracta / concreta
  • algemeen / bijzonder [OF: wezenlijk vs bijkomstig» toevallig» uitzonderlijk]
  • algemeen vs individueel» persoonlijk» toevallig» incidenteel» uitzonderlijk
  • algemeen » algemeenheid » nietszeggende algemeenheid
  • algemeen: verstand / bijzonder: verbeelding
  • beschrijvend ipv beeldend: analyse» betoog» (aangeklede) abstractie ipv beeld
  • beschrijving » illustratie ipv beeld»interpretatie»visie»verbeelding»s
  • geen beeld geworden» weinig verbeelding» geen objectivering» (verteld maar...)
  • gekunsteld » gemaakt» kunstmatig» geforceerd» onecht» aanstellerij&raq
  • gepersonifieerde idee(ën) » aangeklede ideeën » bedachte personages
  • geschiedschrijven / romanschrijven
  • geslaagde autobiografie / mislukte autobiografie
  • historicus / kunstenaar c.q. (groot) schrijver
  • levenskritiek » tijdsproblemen ivm lit. cq kunstwaardering » ethische kritiek
  • literatuur met wijsgerig karakter » filosofische poëzie c.q. literatuur
  • moderne literatuur » "probleemromans" (: met het "moderne levensgevoel")
  • redeneerderig » OOK: te theoretiserend» uitleggerig» beschouwerig» expliciet
  • redeneren / verbeelden (: betoog c.q. beschrijving / beeld; analyse / beeld)
  • schrijver / historicus [OOK: als literair motief]
  • te veel beelden (–d) en te weinig beschrijvend (c.q. commentariërend)
  • teken » –taal » beeldentaal (: verwoording vh mysterie» het onuitsprekelijke
  • veralgemenen van het bijzondere » reductie tot idee » abstraheren » abstractie
  • verbeelding / fantasie (: ordenend/ chaos scheppend; wel/ geen betekenis)
  • verbijzondering / veralgemening (c.q.: géén verbijzondering)
  • verbijzondering van het algemene
  • verhalende essayistiek c.q. geschiedschrijving
  • verstandelijkheid » beredeneerdheid : bij Kouwenaar
  • vitale / academische poëzie