spreektaal / kunsttaal (: (plechtige) taal van cq. in kunst)
Artikelen
	1963-07-27Nieuwe schepping in nieuwe taal. Bij de honderdste geboortedag van Johan Andreas Dèr Mouw. Studie van dr. A.M. Cram–Magré
	1970-01-17Van spreektaal tot kunsttaal
	1979-10-26Temmen met raffinement
Zie ook
	"poëtische" poëzie: onpersoonlijke (cq kitschige) met poëzie geschreven po&
	alleen schriftelijke taal een (schijn)mogelijkheid tot spreken over literatuur
	archaïsche taal » archaïserende stijl » plechtig taalgebruik
	combinatie verheven & plat » plechtstatige èn gewone taal
	conventioneel dichterlijke taal» woord» woordvorm (, verouderde – )
	dagelijks taalgebruik » alledaagse taal
	dichters als erflaters van bijzondere woorden
	gekunsteld » gemaakt» kunstmatig» geforceerd» onecht» aanstellerij&raq
	gewone taal cq woorden» spreek–\ omgangs–\ straat–\ joviale» onopgesmu
	kunst / leven (kunst / werkelijkheid): verhouding werk–leven c.q. kunst–leven
	kunst: toevallige werkelijkheid bewerkt tot (beeld van) algemene waarheid
	kunstmatig (–heid): hypergeraffineerde constructie » overzorgvuldig» –verfij
	kunstmatig / gekunsteld
	nieuwe taal » oorspronkelijke taal » nog niet "poëtisch"
	parlando–poëzie » spreektoon–poëzie » praatpoëzie
	retoriek » grootspraak » taalvertoon » –vergroting » bedrog van»
	schrijftaal (cq. boekentaal) / officiële spreektaal / (alledaagse) "broodtaal"
	taal » taalgebruik » gebruik van taal » taalbeheersing » macht over taal
	taal: traditie van poëtische beelden c.q. dichterlijke –
	toon versus taal » "toon" (OOK: versus taal) » [OOK:] "toon" in&raq
	verbijzondering
	woord » woordwaarde » woordkracht » (SOMS: vervalsende) macht van woord(en)