1983-06-17 Niet nuttig, wel zinvol
Volkskrant (vanaf 31 augustus 1968) 1983-06-17 Poëzie essay vrijdag (plm. 1200 woorden)
opmerking
*[2030]*
[Cf. "De tweede stem" (1984), p 68–72.]
Met citaten uit: Hadewychs "Strophische Gedichten" (II: 'Tsaarmeer sal in corten tide...'; Chaucer's "Canterbury Tales" (Begin van de proloog; in het Engels en in de vertaling van Barnouw); Eliot (begin van "Waste Land", in vertaling); Vergilius (uit het hoofdstuk 'De bomen' van de "Georgica"; in de vertaling van Ida Gerhardt). Genoemd wordt nog de eerste regel van Gorters "Mei".
Termen
1984: DIT STUK IS IN "DE TWEEDE STEM" DOOR FENS GEBUNDELD Barnouw, A.J. (Adriaan) Chaucer, Geoffrey eeuwige kunst: ont–actualiseerd cq met steeds ander vermogen tot tijdelijkheid Eliot, T.S. (Thomas Stearns) Gerhardt, Ida G.M. Gorter, Herman Hadewych intertextualiteit lente als literair motief literatuur levert zelf het beste commentaar op literatuur literatuuronderwijs » onderwijs in de letteren » literatuurles » –college maatschappelijke relevantie» belang v.literatuurwetenschap» verstaan v.teksten Mei (Gorter): eerste twintig regels onderwijs Nederlandse literatuur ongelijkheid de basis van onderwijs » onderwijs vorm van ongelijkheid over poëzie alleen in poëzie te spreken poëzie leren lezen teksten geven elkaar gestalte Vergilius, Publius (Vergilius) Maro winter als literair motief zinvolle nutteloosheid » nutteloze zinvolheid» zinvol nietsdoen» zin boven nut

Open originelen in nieuw venster: Deel