| *[6817]*
Fens citeert het sextet van Achterberg's sonnet 'Potentieel', en haalt uit de besproken studie over "Spel van de wilde jacht" enkele aantekeningen daarbij aan. Ook memoreert hij een regel uit "Het koningsgraf" van Aafjes en een uitspraak van E.M. Forster.
Genoemd wordt Achterberg's "Ballade van de gasfitter". |