1998-01-26 bloemlezer als lezer, De |
---|
Volkskrant (vanaf 31 augustus 1968) 1998-01-26 maandagstuk (boekbespreking max. plm. 2200 wrdn) |
opmerking |
| Met portretfoto van Gerrit Komrij (Daniel Koning – de Volkskrant).
Fens citeert uitgebreid uit Komrij's commentaren op de in diens bloemlezing opgenomen gedichten.
In het (zeer positief getoonzette) artikel komen ter sprake: 'Verbeelding' van Carolus Tuinman; 'De Schaatser' van Dèr Mouw; het sonnet 'Antichrist' van Revius; 'Jeunesse dorée' van Menno Wigman; Vondel's 'Op het verongelukken van Doctor Roscius'; 'Geestigh Liedt' van Breero (door Komrij vergeleken met 'In memoriam mijzelf' van Slauerhoff – mbt. het laatste gedicht wordt Fens tot een tegenanalyse verlokt); 'Het Schrijverke' van Gezelle – daarbij meldt Fens hoe Komrij er evenals bij een gedicht van Achterberg de persoonlijke betekenis voor hemzelf van ter sprake brengt. Genoemd wordt ook Komrij's driedelige eerdere bloemlezing "3000 en enige gedichten". |
Termen |
---|
| • Achterberg, Gerrit • actualisering van oude(re) literatuur • afkeer van geleerden » hekeling van geleerdheid (OOK: – als literair motief) • associatie » connotatie(s) » bijbetekenis(sen) » nuance (–s) » bijgeda • Avercamp, Hendrick • bloemlezer • bloemlezing » anthologie » keuze (–bundel) • Bredero, Gerbrand Adriaensz. • chute » val » volta (van sonnet) • commentaar » toelichting » annotatie » explicatie » aantekening(en) bij... • Dèr Mouw, Johan Andreas » Adwaita • dichter–criticus [dichter, tevens – ]: poëziebeschouwing\–kritiek door dichte • Fens: onderwijskundige » didactische opvattingen • Fens: persoonlijke (privé–) mening» gevoelens» voorkeur» ervaring&raq • geleerden contra poëzie » academici versus poëzie » betweter(s) • Gezelle, Guido • herhaling » woord» motief» beschrijving herhaald » OOK: eentonigheid» • Komrij, Gerrit • leesplezier » lezen voor je plezier • lezen is afleren » gedichten lezen is afleren • lezer » lezen » lezers » lezerschap » het lezer zijn » lezersrol &raqu • literaire middelen (, mogelijkheden van – ) » vormtechniek » taalmiddelen • middeleeuwen » middeleeuws • Nederlandse poëzie als één geheel gelezen • orde / chaos (: strijd tegen de wanorde » angst voor cq gevecht met de chaos) • oude literatuur » oude(re) letterkunde » historische letterkunde • poëzie leren lezen • poëziedidactiek • rederijker (–skamer) » landjuweel » rederijkers • retoriek » retorica» retorisch» retorische inkleding» welsprekendheid» • Revius, Jacobus • rijm » rijmen » eindrijm • rijm: ook betekenissamenhang » rijm(–dwang) schept soms betekenis of vrijheid • secundaire literatuur » literatuur over literatuur » studie » monografie • Slauerhoff, Jan Jacob • sonnet • spel / ernst [OOK:] spel » ernst [EN:] ernst van het spel • sportterm (–en) als metafoor • stijlmiddel » stilistische middelen » stijlmiddelen » stijlfiguur • taal » –kracht » macht c.q. kracht v.d. taal » taalgebeuren » –k • taalspel » taalpuzzel » cryptogram » taalraadsel » taalgrap • Tuinman, Carolus • verstechniek » poëtische middelen » versbouw » ambachtelijkheid als dichter • Vondel, Joost van den • vorm » vormkracht » vormgeving » OOK: design EN: vormloosheid c.q. vormeloos • vorm / inhoud • Wigman, Menno • zeventiende eeuw (–s) |
Besproken publikaties |
---|
| In Liefde Bloeyende. De Nederlandse poëzie van de twaalfde tot en met de twintigste eeuw in 100 en enige gedichten / [bloemlezing met bij ieder gedicht een commentaar van] Gerrit Komrij |