| *[10080]*
Met afbeelding (zonder onderschrift) van een klassieke kop.
Tussenkopjes: Poëzie; Vijanden; Curieus; Actueel.
Met citaten komen ter sprake van Ida Gerhardt: 'Het Boerenbedrijf' (haar vertaling van Vergilius' "Georgica" in haar "Verzamelde Gedichten"), en van Leo Vroman de eerste strofen van 'Lief water' uit diens recente bundel "Nieuwsgierig".
Centraal staat de autonome waarde van literatuur, die door de eeuwen heen veelal is gewaardeerd op buitenliteraire gronden. Over het ondanks kritiek op belangrijke omissies (misbruik door theologen; het werk van slechte dichters) toch ook met lof besproken werk (Stanfords bestrijding van wat door de eeuwen heen door annexeerders van poëzie tegen het werk van dichters en tegen de dichtkunst in het algemeen is gezegd): "een curieuzer boek heb ik in tijden niet gelezen; een onevenwichtiger behandeling van de poëzie ook niet, maar ook niet een boeiender geschrift"; "De poëzie moet zich nog steeds vele vijanden van het lijf houden die het te goed met zichzelf en daarom ook, volgens hen, met haar menen." |