| *[6939]*
Met over twee kolom een portretfoto van Simon Vestdijk [zonder bril]: "een van de vruchtbaarste Nederlandse schrijvers".
In deze (zeer positieve) bespreking van een "onoplosbare detective" stelt Fens dat Vestdijk in deze uitbeelding van het "touwtrekken tussen denken en scheppen", van de verbeeldingskracht van de kunstenaar en het pogen van de historicus om de concrete werkelijkheid te achterhalen, "de waarheid van het kunstwerk" kiest. "Een moderne Antonius" en "De ziener" komen aan de orde als verwante verbeeldingen van hoe personages omgaan met de talloze potenties van iedere werkelijkheid: "in alle drie romans is in wezen hoofdfiguur de scheppende, roman schrijvende mens". In dat verband komen ook de "Symfonie van Victor Slingeland" en "De laatste kans" ter sprake.
In de slotalinea suggereert Fens deze roman in het Zweeds te vertalen ivm. een mogelijke Nobel–prijs voor Vestdijk. |