| *[5821]*
Met reproduktie van het portret van Jan Hanlo, geschilderd door René Wong.
Fens citeert het begin van Renders' levensbeschrijving van Jan Hanlo; de door Renders aangehaalde passage uit "Peter Pan, or the Boy who would not grow up" van James Barrie; de twee eveneens door Renders aangehaalde strofen uit Hanlo's gedicht 'Wij komen ter wereld, met rouw, uit de graven...'; en een viertal passages uit de (negatief besproken) biografie zelf (het "steeds binnenhalen van het werk als expressie van Hanlo's leven (en dat soms op gedetailleerde punten) is waarschijnlijk mijn grootste bezwaar tegen de studie. Het werk wordt bewijs van het leven (...)"). – Het stuk sluit als volgt af: "Het mooiste zinnetje is van Hanlo. Hij schreef over het door hem bewonderde werk van Vordemberge–Gildewart: 'het niets, aangenaam gevuld met weinig'."
Genoemd worden nog Hanlo's verzameld proza: "In een gewoon rijtuig", het gedicht 'Naar Archangel', zijn boeken "Go to the Mosk" en "Zonder geluk valt niemand van het dak". Verder constateert Fens dat Renders wel "met instemming een uitspraak van mij over Hanlo's poëzie" citeert ("die is meer schepping dan expressie") maar dat Renders' eigen hanteren van de poëzie ("die hij alleen maar als persoonlijke expressie behandelt") daarmee wel radicaal in strijd is. |