| *[5802]*
Tamelijk negatief over de "amusant" maar weinig intelligent geachte publikatie van Visser; positiever over Belcampo (die overigens: "ook al last gekregen" heeft van "de literaire wagenziekte, de omnibus–kwaal").
Van de eerste enkele illustratieve aanhalingen; van de tweede worden 'Het verhaal van Oosterhuis' en 'Het oleografisch testament' tegenover elkaar geplaatst als 'een grootse, beheerste fantasie' tegenover 'een banaal bedenksel; wijn en koetsierscognac'.
Genoemd wordt ook Engelman's "Twee maal Hellas", als een reisverslag van wel heel ander niveau dan dat van Visser. |