| Uit het besproken bundeltje citeert Fens het eerste gedicht: "Te middernacht werd ik gewekt met schrik. (...)"; hij vermeldt ook dat de eerste strofe van dit nooit door De Vries gepubliceerde gedicht, gewijzigd, door hem wel is gebruikt in het derde gedicht van "Toovertuin", dat begint met 'Vader luister toch, vader; ik dorst nooit spreken'.
Genoemd worden nog van De Vries: 'Mijn broer' en de editie van zijn "Verzamelde gedichten" door Koops en Van der Vegt; voorts: Vestdijk's "Nagelaten gedichten".
Verder komt Van der Vegt's nawoord aan de orde, met enkele aanhalingen daaruit. |