| *[2347]*
Met een citaat van Van Schagen en van J.B. Charles. Van de laatste komt zeer negatief de te lange, weinig nieuws zeggende, soms banale, en mbt. Leopold's Omar Khayam–vertalingen uitermate ondeskundige bijdrage 'Kort en goed: poëzie' in het besproken Maatstaf–nummer aan de orde; van de eerste prijst Fens de omschrijving van het korte gedicht als een nieuw genre, en verklaart dat met Van Schagen's intensief bezig zijn met een nieuwe soort poëzie. |