1985-03-29 Fier alleen
Weekblad "De Tijd"; (onder ps. A.L. Boom) 1985-03-29 A.L. Boom–essay
opmerking
*[11493]*
Het Grote is nooit alleen, en heeft aan zichzelf genoeg; heeft mij niet nodig. "Kunst kan alleen zijn. Dat dankt ze aan haar persoonlijkheid en dat is haar Geest".
(God ook.)

[N.B. In de derde kolom zijn in het zetsel een of meer regels weggevallen na de eerste. RM]
Termen
autonomie van het kunstwerk » eigen leven cq zelfstandigheid van Grote Kunst autonomie: eigenzinnigheid of onvergelijkbaarheid van (groot) literair werk bevangenheid t.o.v. overweldigende grootheid» schoonheid» cultuurmonumenten Fens (c.q. A.L. Boom) als ik–personage » in de ik–vorm gebouw » huis » woning(en) » pand(en) » SOMS: woonsituatie » krotten & god » de Eeuwige » demon » God » afgod » SOMS: de Absolute groeiende gestalte van kunstwerk: gevormd uit steeds nieuwe interpretaties interpretatie » interpretaties » hermeneutiek » interpreteren interpreteren: steeds opnieuw juiste afstand van de (eerbiedige) bewondering kerk » kathedraal (–alen) » domkerk(en) » kapel » basiliek » ker maart » de maand maart » maart als literair motief Muiden » Muiderslot » rivier de Vecht (bij Muiden; OOK: in Utrecht) museum » musea relatie lezer–gedicht religieuze ondergrond» dimensie» oorsprong» behoefte» aspecten» karakt Rijksmuseum (Amsterdam) schilderij » schilderijen » (muur–) schildering(en) » fresco » mozaiek stad als beeld van de eeuwigheid verhouding met wat Groot is» met kunstwerk