lichtheid van toon
Artikelen
  • 1958-04-26"Jansonius en zijn niveau". Bijzonder talent, meer speels dan diep
  • 1960-05-21bezoek
  • 1960-12-31Vier maal Hans Andreus. Een verzenbundel, een verhaal, een roman en een kinderboek
  • 1962-06-02Net niet en net alsof. Romans van Ab Visser en Lou Vleugelhof. Twee bevrijdingsfeesten
  • 1967-11-21helderheid van Hanlo, De
  • 1968-05-18dichter als afgraver (II), De –
  • 1971-01-30Claus voor lezers en luisteraars
  • 1978-07-20weinig feestelijk leven, Een
  • 1994-03-04Alle Dieren Vielen Plotseling Omhoog
  • 1996-05-17Galante Dromen Van De Nederlandse Taal, De
  • 2005-04-29Werk van een academie op z'n eentje. Studie van 17de–eeuws, met zichtbaar plezier geschreven 'Johnson's Dictionary'
    • Zie ook
  • cabaret » –lied(jes) » cabaretier » kleinkunst (–enaar) » confer
  • eenvoud v. taal & stijl» geen grootspraak» nuchter (genoteerd)\ onnadrukkelijk
  • galante poëzie
  • herhaling » woord» motief» beschrijving herhaald » OOK: eentonigheid»
  • humor als ernst » – als bestaanskritiek » ernstige humor » ernst van de humo
  • humor » humoristisch » humorist » humoristisch effect » SOMS: wezen van humo
  • ironie » ironisering » ironisch ( –e toon) » sarcastisch » afweer&ndas
  • licht / zwaar
  • lichtheid van taal » lichtvoetige» elegante» sierlijke» moeiteloze poëz
  • light verse » light literature » lichtheid in literatuur » OOK studentenpoëzi
  • moeiteloosheid in poëzie » (te) (gemakkelijke) zangerigheid van poëzie
  • spel / ernst [OOK:] spel » ernst [EN:] ernst van het spel
  • spot » hoon » vermogen tot spot » sarcasme » hatelijkheid » bijtende h
  • taal » taalgebruik » gebruik van taal » taalbeheersing » macht over taal
  • toon versus taal » "toon" (OOK: versus taal) » [OOK:] "toon" in&raq
  • understatement » skepsis » ironie » ingehouden (–heid) » onderkoeld
  • vlot geschreven » vlotte stijl »SOMS: tè vlot
  • ware diepte uit zich in schijnbare oppervlakkigheid » diepere oppervlakkigheid
  • zelf–ironie » zelf–ironisering » zelfrelativering » zelfspot