| *[8956]*
De ik–figuur [Fens zelf? het stuk zou ook fictie kunnen zijn RM] op bezoek bij een 85–jarige oom, die na zijn pensioen eindelijk gelegenheid heeft om zijn leven aan een lezen te wijden dat aan zijn leven betekenis geeft [de voorkeuren van dit personage lijken verdacht veel op die van Kees Fens RM].
Genoemd worden "Le Grand Meaulnes" (Alain–Fournier), "De vrouw met het witte hondje" (Tsjechov), "De mantel" (Gogol), Multatuli ("ik kan hem eigenlijk niet uitstaan [...] maar wat een spraak–kunst"), Voltaire, Augustinus, Bernardus. |