| *[8195]*
Met over twee kolom een portretfoto van Louis Paul Boon.
In de context van het hele werk van Boon leest Fens 'De kleine eva uit de kromme bijlstraat' anders dan in 1956 – zijn waardering is niet minder maar van andere aard: "als een vaak per regel geslaagd taalwerk", waarin "het knap samengaan van heterogene elementen in het gedicht" waarin de auteur "een samenleving blootlegt", "zoals in veel van zijn prozawerken". Ter sprake komen in dit verband "De Kapellekensbaan", "Menuet", "De voorstad groeit" en "Vergeten straat".
Beginzin van het stuk: "Als een schrijverschap van enig belang is, verandert bij elk nieuw boek het voorafgaande werk van karakter" en al die werken samen groeien uit tot "de plattegrond van een oeuvre" – al kan soms ook een werk geïsoleerd komen te liggen, zoals bij Vestdijk "De kelner en de levenden". |