| *[6733]*
Licht badinerend over de naar verhouding tamelijk recente groei van de bewondering voor "misschien wel de enige literaire heilige van de Nederlandse letteren".
Fens geeft een lang citaat uit een in het Nescionummer van "De Engelbewaarder" afgedrukte brief, waarin Nescio verslag uitbrengt van zijn verblijf in Brussel toen hij daar in 1951 de Conferentie van de Nederlandse Letteren bezocht.
Genoemd worden Nescio's verhalentrits uit 1918 en de posthume publikatie van "Boven het dal" in 1961. |