| *[5982]*
Met over drie kolom het (bij artikelen van Fens vaker gebruikte) portret van Leopold uit 1922 door H.E. Mees (foto Letterkundig Museum).
Fens citeert van Leopold het begin van het vierde gedicht uit de reeks 'Voor 5 december' en het begin van het eerste gedicht uit de reeks 'Morgen'. Hij noemt van Leopold nog de grote gedichten 'Cheops', 'Van wijn één druppel', en 'Kinderpartij'.
Verder komen ter sprake: Van Deyssel's kritieken op Gorter's "Verzen" (1890) en Couperus' "Extaze – Een boek van geluk" (1892) en Plato's "Phaedrus". Genoemd worden de studies "Op het voetspoor van de dichter. De ontstaansgeschiedenis van J.H. Leopolds 'Naast ons, naast ons, achter het riet'" van A.L. Sötemann (1980) en Van Halsema's dissertatie "Bijeen het vroeger en het later. De dichter Leopold en zijn bronnen" (1989). Uit de besproken essaybundel komt het opstel 'Echt nodig is het nu ook weer niet' aan de orde. |