| *[5631]*
Fens citeert fragmenten van gedichten waarin Amsterdam een rol speelt, van Marsman ("De maan verft een gevaar over de gracht (...)"), Aafjes (o.m. uit 'Afscheid van Amsterdam' in "Een voetreis naar Rome"), Hoornik (uit "Matthaeus") en Hoekstra (uit 'Het meisje in de trein').
Genoemd wordt "Parken en woestijnen" van Vasalis. |