| *[6378]*
Met over twee kolom een afbeelding van buste van Eduard Douwes Dekker.
Fens citeert een passage waarin Sötemann opponeert tegen de opvatting van Maatje over de "Max Havelaar" als specifieke "Raumroman".
Genoemd worden P.N. van Eyck's oratie "Kritisch onderzoek en verbeelding" (1936); W. Blok's analyse van Couperus' "Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan"; F.C. Maatje's "Der Doppelroman"; de oratie van Gomperts. |