| *[3004]*
Met portretfoto van A. Roland Holst. – In de tekst een kop tussen horizontale balken: De winter aan zee is voorbij, al is er geen zomer gevolgd.
Geciteerd worden uit de besproken bundel: 'Eens–ergens–waarheen'; de eerste strofe van 'Avondwolken; de inzet van het gedicht 'De godin'; een (voor Fens lachwekkende) strofe uit het vloekvers 'Het geld en zijn adel'.
Negatief beoordeeld wordt nog 'Koningin Wilhelmina'.
Genoemd worden "Een winter aan zee" en "Onderhuids". |