| 1968-04-20 In het gezelschap van talrijke initialen | |
|---|---|
| Dagblad De Tijd\De Tijd–Maasbode (vanaf 8.2.1956) 1968-04-20 recensie–rubriek ( < plm. 1000 woorden) | |
| opmerking | |
| *[2891]* Met portret van Rutger Kopland. In wisselende waardering voor deze "tussenbundel" citeert Fens in deze korte bespreking de eerste twee regels van het derde vers uit het cyclusje 'Bij de dood van mijn vader', en vermeldt enkele andere gedichten, sommige positief (zoals 'Verhaaltje voor jullie', waaruit "de magnifieke slotregel" wordt aangehaald), andere negatief ('De dokter van Jantje'). Genoemd worden ook Kopland's debuut "Onder het vee" (1966) en de met zijn nieuwe publikatie vergeleken minder traditionele recente bundels van Buddingh' ("Wil het bezoek afscheid nemen?"), Waskowsky ("Slechts de namen der grote drinkers leven voort"), Zuiderent ("Met de apocalyptische moccasins van Michel de Nostredame op reis door Nederland", debuut). Ook Herzberg's "Beemdgras" komt hier ter sprake. | |
| Termen | |
| • Buddingh', Cees • conventioneel » traditioneel» conformistisch» stereotiep» alledaags» o • Fens: voorbehoud cq ambivalentie» teleurgesteld» kritisch» afwijzend» negati • Herzberg, Judith • initiaal » initialen (: beginletters van namen) • keervers » refrein » keerregel • Kopland, Rutger [pseudoniem voor R.H. van den Hoofdakker] • personage » personages » hoofdpersonage • regel (bijzonder» favoriet» besproken» gekritiseerd» los) (: roept wereld o • Waskowsky, Riekus • Zuiderent, Ad | |
| Besproken publikaties | |