| *[2346]*
Bij de dood van N.A. Donkersloot (Anthonie Donker).
In dit zeer waarderend herdenkingsartikel worden geciteerd: het titelvers van de laatste bundel "De groene wandeling" (1962), en de eerste twee strofen van 'Najaar' uit de bundel "Gebroken licht" (1934).
Genoemd worden verder: Donkersloot's laatste colleges ('Het waardeoordeel' en 'De Nederlandse literatuur in Europees perspectief'); van zijn studies zijn dissertatie uit 1929: "De episode van de vernieuwing onzer poëzie (1880–1894)" en zijn "Karaktertrekken der Vaderlandsche Letterkunde" (1945); zijn eerste bundel "Acheron" (1926); de bundel "Het sterrenbeeld" (1946); de door hem gemaakte keuze uit zijn gehele werk "De grondtoon" (1962). Voorts verwijzing naar de trilogie over de literaire verbeelding van drie bijbelse oerthema's ("Eva en de dichters" 1958, "Het schip dat gij bouwen zult" 1959, "Ben ik mijn broeders hoeder?" 1960).
Genoemd worden ook de opstellenbundel "Mozaïek" van Donkersloot's geschiedenisdocent R. Jacobsen, en Du Perron's "Afscheid van Kostersloot" in de 2e jaargang van "Forum". |