1994-04-29 Apologie Van Schaduwbeelden, Een | |
---|---|
Volkskrant (vanaf 31 augustus 1968) 1994-04-29 Poëzie essay vrijdag (plm. 1200 woorden) | |
opmerking | |
Geciteerd worden de eerste strofe van Luceberts 'verdediging van de 50–ers' (Cobra, 1949); een passage uit Hoofts 'Reden vande Waerdicheit der Poesie' (ed. Tuynman); een (vertaalde) passage uit Shelley's verdediging van de poëzie tegen Peacock. Deze laatste passus uit het recent verschenen, voor studenten literatuurwetenschap bedoelde "Denken over dichten. Dertig eeuwen poëtische reflectie". Genoemd wordt nog "De glanzende kiemcel" van Vestdijk. – In het vrijdagartikel van een week later ("Waardoor was er geen plaats voor een houtduif?", Volkskrant 6.5.94) komt Fens nog terug op het Shelley–citaat. | |
Termen | |
• Boeft, Jan den • Boekenweek • Cobra » tijdschrift "Cobra" » SOMS: Cobra–museum te Amstelveen • Hooft, Pieter Cornelisz • inspiratie • kunstwerk als de schaduw van zijn innerlijke gestalte bij de kunstenaar • literatuurwetenschap » letterkundig onderzoek » wetenschap der letteren • Lucebert [pseudoniem van Lubertus J. Swaanswijk] • met ervaring overladen gedichten • metafoor » beeldspraak » overdrachtelijk (–heid) • Peacock, Thomas • poëticaal » over het schrijven (zelf) schrijven » dichten als literair motief • renaissance • romantiek » Romantiek » romantisch • Shelley, Percy Bysshe • Sidney, Sir Philip (OOK: Sydney...) • Tuynman, P. (Pierre) • vaderland » vaderlandsliefde en nationalisme • Valéry, Paul Ambroise • verdediging van de poëzie • verinnerlijking door de lezer • verval van de inspiratie bij de realisering van het kunstwerk • Vestdijk, Simon • Vijftig » Vijftigers » beweging van "Vijftig" • Vondel, Joost van den • zeventiende eeuw (–s) | |
Besproken publikaties | |